Vijf maanden gevangenisstraf geëist tegen Marco Borsato voor ontucht met minderjarige

In dit artikel:

Rond eind 2014 en begin 2015 zou een minderjarig meisje (toen 15) door een bekende binnen het gezin seksueel zijn benaderd: herhaaldelijk werd zij over en onder haar kleding gestreeld. De verdachte, die volgens het OM een vertrouwenspositie had en door het slachtoffer als een soort peetvader werd gezien, wordt ervan beschuldigd hiervan misbruik te hebben gemaakt.

Het misbruik verscheen al in 2015 in het dagboek van het meisje; de moeder ontdekte dat dagboek in 2019 en deed aangifte bij de politie. Het slachtoffer zelf deed aangifte in december 2021. Na onderzoek heeft het Openbaar Ministerie (OM) geconcludeerd dat er genoeg wettig en overtuigend bewijs is om tot vervolging over te gaan. Belangrijke bewijsstukken zijn het dagboek (door deskundigen onderzocht en als betrouwbaar beoordeeld), berichten die de verdachte naar het slachtoffer stuurde met seksueel getinte inhoud, en geluidsopnames waarin het slachtoffer en haar moeder de verdachte confronteren — waarop het OM meent dat de verdachte deels bekent. De verklaringen van het slachtoffer werden als consistent en emotioneel getypeerd; de ontkennende verklaring van de verdachte vond het OM ongeloofwaardig.

Bij de rechtszaak weegt het OM zowel verzachtende als verzwarende omstandigheden. Verzachtend is het blanco strafblad van de verdachte en de negatieve gevolgen van de zaak voor zijn carrière en privéleven; verzwarend zijn het grote leeftijdsverschil, de vertrouwensrelatie (vader-dochterachtig) en de schadelijke proceshouding van de verdachte, die de verantwoordelijkheid bij het slachtoffer legt. Ook media-aandacht en de lange doorlooptijd van het onderzoek — bijna twee jaar tot de vervolgingsbeslissing, mede door uitgebreid forensisch onderzoek en verzochte aanvullende onderzoeken door de verdediging — laten sporen na bij alle betrokkenen.

Alles afwegend eist het OM vijf maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank was voornemens uitspraak te doen op 4 december. Normaal verstrekt het OM geen naam van een verdachte, maar in deze zaak speelde de keuze om die informatie wel te delen mede omdat de verdediging of de verdachte eerder zelf met de media had gesproken.